Welkom op onze reisblog, waar je alles kan lezen over onze reis van zomer 2009 tot zomer 2010 door Eurazië. Bij het naar beneden scollen ontdek je de berichten en foto's, per land geordend. Verder zijn we erg trots op onze gedetailleerde materiaallijst en pech-onderwegrubriek. Deze zijn bedoeld als inspiratiebron voor eenieder die een lange tocht per fiets plant, of eenieder met interesse. Je ziet onze route op onderstaande kaart (google maps) en kan klikken op de routelijntjes voor meer informatie over een bepaald stukje (goed mikken). Heb je nog vragen of wil je graag meer informatie over een bepaald deel van onze route, dan mag je altijd mailen naar Bert of Melanie.

Veel leesplezier!

Melanie en Bert

Route


Route weergeven op een grotere kaart

donderdag 3 juni 2010

Met de trein door Kazachstan

Waarde bloglezers,

Tijd voor weer wat nieuws uit het verre Kazachstan. Alhoewel, ver is misschien niet meer van toepassing, gezien we met onze laatste treinrit de afstand tot thuis weer heel wat ingekort  hebben. Het was weer de moeite, die treinrit, helemaal op zijn Kazachs. In principe verloopt het nemen van de trein hier niet anders dan in Rusland, gezien de meeste infrastructuur hier dateert uit het Sovjet-tijdperk Kazachstan was trouwens de laatste ex-Sovjetrepubliek om zich onafhankelijk te verklaren, en met pijn in het hart. Eigenlijk hadden ze de Russen liever niet zien vertrekken. In tegenstelling tot Oost-Europa zie je hier dan ook nog volop de oude, maar netjes onderhouden  Sovjetmonumenten in al hun glorie.

Maar goed, de trein dus. Omdat er geen platzkart (3de klasse) ticketjes meer waren, hebben we een drie keer duurder eerste-klasseticketje moeten nemen, de zogenaamde 'lux'. Omdat de bagagedienst op zijn zachtst gezegd nogal onprofessioneel overkwam, hadden we al gauw besloten dat onze fietsen met ons mee de trein op gingen. We weten ondertussen dat het zinloos is hiervoor navraag te gaan doen in het station, uiteindelijk beslist de provodnik, uw treinbegeleider zeg maar. Met ons lux ticketje leek het ons geen probleem, gezien we dan een coupe voor ons twee alleen hebben, en dus niemand anders moeten storen met onze onhandige bagage. De twee provodniks van onze wagon (ze wisselen af, de ene slaapt, de andere werkt), vonden dit echter wel een probleem. 'Njet' zeiden ze. Nu is de tijd dat wij ons opwinden over dit soort situaties lang voorbij. Uiteindelijk moet er toch een oplossing gevonden worden voor de trein vertrekt, en zo onmenselijk om ons gewoon op het perron te laten staan, zijn deze doorgewinterde ambtenaren van de goede, oude sovjetstijl nu ook weer niet. De vriendelijkste van de twee, de madam, nam mij even apart in haar kotje en maakte een gebaar, al 'chutchut' (een beetje) zeggende, dat mij deed vermoeden dat ze naar wat centjes viste. Goed, dacht ik, eindelijk eens de kans om aan corruptie te doen, tenslotte maakt dat toch allemaal deel uit van de reiservaring. Maar toen ik onze portefeuille erbij wilde halen, moest het precies niet meer echt. Wel mochten onze fietsen erop, geen probleem. Als ge ziet wat andere reizigers zoal bijhebben en simpelweg in de gang stouwen (autoruiten, 3 m lange palen, dozen ter grootte van een kleine tractor, duitse herders), zou ge u ook afvragen waarom wij onze fietsen niet in het gangpad van onze eigen coupe zouden kunnen zetten. Maar goed, dit is Kazachstan. Komen er nog twee facteurs af (of was het politie?) die ook graag ons ticketje ne keer zien en ook wat beginnen zeveren over onze fietsen. Maar ze zitten er al op, en de trein is vertrokken, dus veel  benen om op te staan, hebben ze niet. Ze druipen dan ook al gauw af. Drie dagen trein, dat is een beetje slapen, lezen, eten, drinken, kruisjessteek, T-shirt herstellen, door de trein wandelen, eten kopen op het perron, boekje of muziek luisteren en ze zijn om. De tweede dag komt de vriendelijke provodnika vragen of we onze coupe niet even willen verduisteren en of ze niet een paar uur op een van onze bedjes mag komen liggen. Wij vinden dit een vreemd verzoek, maar we zijn dan ook al van haar gewoon dat ze regelmatig een stuk bestek komt lenen en dat vervolgens kromgebogen terugbrengt, om de deur van haar kotje te openen, zo blijkt. Melanie begon de 'lux' net een beetje saai te vinden en verlangde terug naar de vlagen van interactie die de platzkart te bieden heeft, dus dit voorval komt eigenlijk als geroepen.  Dus wij zeggen ok, komt gij hier maar even liggen. Ze bedankt ons vriendelijk en even later komt haar collega in zijn onderlijfje onze coupe binnen en legt zich te ronken op een vrijgemaakte brits. Wij beginnen dan maar aan een ontdekkingstocht door de trein en stellen vast dat de platzkart inderdaad uitverkocht moet zijn. Er lijken zelfs meer mensen dan bedden. Dat vermoeden wordt bevestigd als we later terug in onze wagon komen. Er staan veel mensen op de gang, en het kot van onze provodniks ligt vol passagiers. Stilletjesaan wordt het duidelijk hoe de vork in de steel zit: onze vrienden treinbegeleiders verdienen wat bij op de goede oude sovjetmanier. Vandaar dat meneer bij ons wilde komen liggen: in zijn kot was simpelweg geen plaats meer. En nu weten we ook waarom die jongen die al het werk doet (lakens uitdelen, WC schoonmaken, gang stofzuigen), niet de provodnik is: dat is een passagier die een deel van zijn rit in natura betaalt. Ge moet het meegemaakt hebben om het te geloven.

Maar zo zijn we toch maar mooi in Aktau geraakt, een havenstad aan de Kaspische Zee. We zijn hier ondertussen al drie dagen gekampeerd in de achtertuin van een villa in aanbouw, met zicht op zee, samen met twee Franse fietsers. Romain en Nicolas kwamen we tegen op het consulaat van Azerbeidjan en willen hier net zoals ons de ferry nemen. We weten dat de dienstregeling nogal onregelmatig is, maar iedere tien dagen zou er toch een boot moeten uitvaren, zo zeggen onze bronnen. De laatse keer is de ferry uitgevaren op 22 mei. Op dit moment, 12 dagen later, ligt ze nog steeds voor anker in Baku (onze bestemming), en niemand kan zeggen wanneer ze daar gaat vertrekken, laat staan wanneer ze hier aankomt en terug uitvaart. Het enige dat we kunnen doen, is iedere dag gaan informeren bij het boekingskantoortje, waar ze ons niet meer weten te zeggen dan: "misschien morgen". Voor deze puike service betaal je dan nog eens goed door ook: 100 euro voor een enkeltje. Als je daarbij de prijs van een uitnodiging optelt (40 euro) die je nodig hebt als je Azerbeidjan niet per vliegtuig binnenkomt, dan kan je voor hetzelfde geld de vlieger nemen. Maar wij willen niet vliegen, dat is een beetje het concept van onze reis (en ook dat van de Fransen), dus zijn wij aangewezen op hun boot. Eigenlijk vraag ik mij wat voor soort pipo's er nog gebruik maken van deze ferry, en hoe deze maatschappij uberhaupt nog kan overleven. Misschien door de belachelijk hoge prijs die wij betalen, denk ik dan, of omdat goederenvervoer hun hoofdactiviteit is misschien. We zullen het jullie binnenkort hopelijk weten te vertellen.   


 Bert

2 opmerkingen:

  1. (Anoniem zijnde Paul Heeffer)

    Aaah, de wederwaardigheden en lotgevallen van Mel en Bert. Wanneer ik die in mijn mailbox tref, is mijn dag weer goed.

    Kom zo snel mogelijk terug dan drinken we nog eens een pint op de Oude Markt. Of beter nog: ga mee op Kreekkamp en dan drinken we gewoon veel pinten, elke avond, zolang ons organisme het verteert.

    Het is mij vergund geweest om gisteren nog in Reve te lezen: “O, lieve, lieve mensen, ik houd van u, en ik omhels u allen hartstochtelijk, ondanks de geduchte afstand. Laten we elkaar niet haten, maar, integendeel, elkaar liefhebben, gezamenlijk op de Dood wachten, en het ons in tussentijd aan niets laten ontbreken.” Een waar woord, nietwaar?!

    Anderzijds, blijf zo lang mogelijk onderweg; er valt hier weinig te beleven dat de moeite van het vertellen waard is. Wat mij ander-anderzijds weer doet denken aan iets wat ik ooit gelezen heb over wat iemand ooit eens ergens gelezen heeft: “Stories happen only to those who are able to tell them, someone once said.”

    Jullie zijn meestervertellers,
    Beste groeten,
    Paul

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dag Paul,

    geen idee dat onze blog de eer had u als trouwe volger te hebben. Bedankt voor deze openbaring, en het is natuurlijk altijd leuk om te horen dat onze vertelsel mensen kunnen plezieren.

    Ik ga waarschijnlijk net te laat terug zijn voor een kreekkamp, maar een pint (of beter, een karmeliet) op de oude markt zou moeten lukken.

    Bert

    BeantwoordenVerwijderen